Ik had een mooi begin van de dag deze ochtend. Ik zat nu eens niet in de auto naar mijn werk, maar gewoon aan de ontbijttafel. Pianomuziekje in de cd-speler en een kranten lezende echtgenoot naast me. Ik wilde op mijn IPad de krant gaan lezen, maar voordat ik er erg in had zweefde mijn vinger boven de linkedInapp. Nadat er zich allerlei nieuwe connecties voor mijn oog ontrold hadden, zag ik die leuke onderwijsjongen uit het oosten van het land weer. Ha, en hij had ook nog een aardig artikel geplaatst. Het was een interview met hemzelf. Op LinkedIn mag dat, want het is de bedoeling dat je je op deze plek een beetje in de kijker speelt. Ik heb er geen bezwaar tegen, want ik kom veel leuks tegen.
Ik lees daar bijvoorbeeld een column van een vriend die iets over vrouwen en werk schrijft. Als vrouw is het altijd boeiend om te lezen wat een man daar over te missen heeft. Verder lees ik daar dat een vader in de stress schiet als zijn zoon Covey leest. Ik heb het artikel nog niet gelezen, maar ik kan wel zeggen dat ìk het erg leuk vond toen mijn dochter Covey van mij lenen wilde. Straks maar even lezen, dit artikel. Maar nu kwam ik dus die leuke onderwijsjongen tegen. En hij schreef iets dat er bij mij aan de ontbijttafel in ging als koek. Het gaat me nu niet om de techniekjes en maniertjes waar hij het ook over had en die overigens heel zinvol zijn, maar het gaat me om iets anders.
Hij schreef ‘iets moeilijks kunnen, dat is pas leuk’. Als tiener las ik eens een boek waarin de hoofdpersoon zei dat als ze een moeilijke wiskundesom opgelost had, ze dan het gevoel kreeg dat ze kon vliegen. En ik wist meteen hoe dat voelde. Ik had namelijk ooit één keer gedroomd dat ik kon vliegen, en het gevoel was fan-tas-tisch! Kort daarna worstelde ik bij de biologieles met genetica. U weet wel, dat van de fruitvliegjes met lange en korte vleugels en de berekening van het nageslacht. Ik weet niet wat er gebeurde, maar opeens kon ik het. Ik zag het gewoon, ik kon vliegen! Heerlijk. Die ervaring heb ik later nog vaker gehad. Nu hoop ik er weer op. Ik lees namelijk een heel moeilijk boek.
Ik lees een boek met een zinnenstrelende titel. Het heet ‘Het prachtige risico van onderwijs’. Die titel ontroert mij. Het is een moeilijk boek. Voor mij dan. Maar ik zet door, ik wil weer vliegen. Ik merk tegelijkertijd dat ik hier wel een onderwijzer bij nodig heb. Toevalligerwijs zat die net naast mij te ontbijten. Lucky me, want een goede onderwijzer is goud waard.
Of ik het boek helemaal begrijp, dat weet ik niet. Maar in mijn hoofd gebeurt iets heerlijks. Er gaan deuren open, ik krijg lucht en heb het gevoel dat ik in een vrije ruimte sta. En soms voelt het al een beetje als vliegen. Er gebeurt iets in mijn hoofd dat ik kinderen ook gun.
In mijn boekenkast staat een boek met een andere prachtige titel. Dat gaat ook over onderwijs. Ik kocht het zeker vijftien jaar geleden en ik kocht het omdat ik het nodig had. Maar het moest uit Amerika komen en deed er zo lang over dat het tentamen al voorbij was toen het bij mij op de mat lag. De inhoud staat mij niet meer voor de geest, maar vanwege de titel mag het in mijn kast blijven staan. ‘Rousing minds to life’, zo heet het. Hoe opwindend! Rousing minds to life, dat is wat onderwijs moet doen. Tot leven wekken, in beweging brengen. Dat is wat ik kinderen gun. Dat is wat er nu bij mij gebeurt bij het lezen van dat moeilijke boek met die prachtige titel. Mijn wonderlijke risicovolle vliegreis is begonnen. En ik heb er zo’n zin in.
Als u mijn LinkedIn-profiel ooit eens bekeken hebt, zult u daar gelezen hebben dat ik op mijn school in neonletters wil schrijven ‘Leren is leuk’. Misschien moet ik mijn tekstje aanpassen en het veranderen in ‘leren is heerlijk’, want vliegen is heerlijk. En ik kan het schrijven omdat er in mijn gedroomde school natuurlijk geweldige onderwijzers rondlopen. Onderwijzers (m/v) die ervan houden om te leren, moeilijke dingen te leren. Die ervan houden om kinderen moeilijke dingen te leren, omdat zij weten dat vliegen risicovol, maar fantastisch is. En wat mij betreft gebruiken zij daar, voor een goede landing, de waardevolle tips van die leuke onderwijsjongen uit het oosten van het land bij.
Met dank aan Marcel Schmeier, Gert Biesta en mijn oude schoolmeester die mij leerde vliegen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten