Mijn man is vertrokken en ik ben alleen thuis. Ik heb een oud stoeltje uit mijn kamerbewonerstijd vlak voor de houtkachel geschoven en zit nu tevreden naar het vuurtje te kijken. `Hij fikt weer lekker´, zou Peter zeggen als hij thuis was. En mij schiet het woord ´stoofpeer´ te binnen als ik mijn sjaal vanwege de warmte wat losser om mijn hals doe. Ik zit hier behoorlijk op te warmen en mèt dat ik dat op schrijf, moet ik aan Australië denken.
Gisteren zag ik op TV dat er weer enorme bosbranden in Australië woeden. Hele steden worden bedreigd door een vuurzee. Ik vraag me dan altijd af of die branden bijvoorbeeld ontstaan zijn door een achteloos weg gegooide sigaret. Dat hoorde je hier vroeger wel eens bij heidebranden. En ik voelde dan altijd het mogelijke schuldgevoel dat bij de onoplettende roker moest zijn ontstaan. Ik kreeg vervolgens ook bijna medelijden. Misplaatst, maar toch.
De Australische premier vindt dat die bosbranden er gewoon bij horen. Weggegooide sigaret, niet uitgedoofd kampvuurtje, het kan allemaal de oorzaak van de brand zijn. De reden dat hij vindt dat branden erbij horen, ligt in het feit dat hij een klimaatontkenner is. Ja, een klimaatontkenner! Dat moet ik even uitleggen. Je zou de theorie van de stoofpeer aan kunnen hangen. Ik bedoel hiermee, dat door de klimaatverandering de aarde, de stoofpeer, langzaam maar zeker opwarmt. Hiermee stopt de vergelijking, maar door warmte, minder regen, droogte neemt het brandgevaar toe. Lijkt mij een vrij logisch verhaal. Maar zo denkt de premier van Australië niet. Hij is een klimaatontkenner. ´Branden horen er gewoon bij´, zegt hij.
Maar dat rare woord laat me niet los. Hoe kun je nou het klimaat ontkennen? Dan moet je toch wel uit heel eigenwijs hout zijn gesneden. Opeens realiseer ik met schrik dat ik ook samenleef met een klimaatontkenner. Ook zo’n eigenwijs portret en ik zou bijna medelijden met mezelf krijgen. Ik zal het uitleggen. Vanochtend zat ik rustig te ontbijten met Peter. Opeens keek Peter verstoord op. ‘Dat kan niet’, zei hij. Ik keek hem niet begrijpend aan. ‘Dat kan niet, die regen’, herhaalde hij. Ik keek en ik zag dat het toch echt wel kon. Het regende gewoon. ‘Wat bedoel je’? vroeg ik. En daar kwam het hoge woord eruit. Peter knikte naar zijn mobieltje en zei ‘Buienradar geeft geen regen aan’. Oké! Dus dan kan het niet regenen…. Ik zat een beschuitje te eten met een klimaatontkenner!
Ben ik ondertussen wel blij dat Peter niet rookt. Klimaatontkenners vinden het kennelijk normaal dat er bosbranden zijn. Hij zou zo zijn sigarettenpeukje wegschieten in de kurkdroge heide. Heidebranden horen er waarschijnlijk ook gewoon bij voor klimaatontkenners.
Ik draaf weer eens verschrikkelijk door. Mijn Peter heeft buiten gevoeld dat het koud is en heeft besloten om voor zijn vrouw een lekker fikkie te stoken in de houtkachel. Dat doe je in dit klimaat. Hij is echt geen klimaatontkenner. Ik houd dat van die buienradar maar gewoon voor een ogenblik van digitale meteorologische zwakte.
Natuurlijk hebben die bosbranden wel te maken met opwarming van de aarde. Ik neem een besluit. Vanaf morgen douche ik korter, gaat de kachel wat lager en ga ik op mijn kleine plekje ervoor zorgen dat de aarde minder opwarmt. Ik denk niet dat dat direct gevolgen heeft voor Australië. Maar met één woord wil ik niet aangeduid worden en dat is met het woord ‘klimaatontkenner’. Voor mij is dat synoniem aan eigenwijsheid. Ik weet zeker dat mijn Peter het met mij eens is.
Ondertussen is deze stoofpeer aardig afgekoeld en gaat er een nieuw blokje hout de kachel in. Met dank aan het zorgvuldige bosbeheer in Sint Laurens.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten