zaterdag 1 augustus 2020

De Duitser

‘Als je onderweg bent moet je vooruit kijken, niet achterom’. Dat zei de tanige Duitser die net zijn lichtgewicht tentje naast ons had opgezet. Hij wist trouwens ook nog niet waar hij heen ging. Het zou Amsterdam worden, maar wanneer, dat maakte allemaal niet uit. Hij was overal al geweest vertelde hij. De man had rond de Oostzee gefietst, Odessa had hij aangedaan en nu stond hij hier in Bretagne met zijn fiets plus aanhangwagentje. 
Ik keek naar de man en schatte hem een jaar of vijf ouder dan wij zijn. Pensioengerechtigd laat ik maar zeggen.
Ik vroeg me af, wat maakt dat deze man niet achterom wil kijken en zulke monstertochten in zijn eentje maakt. Dan beginnen er wel allerlei radertjes in mijn hoofd te draaien. Er borrelt een verhaal op. Deze man wil iets achterlaten. Is zijn bedrijf failliet gegaan, of is zijn huis afgebrand, is hij misschien zijn geliefde kwijt? 
Ik kon het niet helemaal peilen. Op vakantie heb je vaak dit soort gedachtes. We hebben gemerkt dat anderen dat ook hebben. Zo werden wij op onze vorige camping meteen herkend als onderwijsmensen. Dat is wel even schrikken als je ver weg in het buitenland, los van alles, meteen als juf en meester wordt neergezet.
Wij, op onze beurt, categoriseerden onze overburen direct als Nederlands Gereformeerd. Gek genoeg raak je bij het vertrek van de camping vaak in gesprek met je camping buren. En wat bleek, bijna in de roos! Ze waren via Gereformeerd vrijgemaakt, PKN, nu Christelijk Gereformeerd. Dat is allemaal ongeveer hetzelfde tegenwoordig, dus ik reken Nederlands Gereformeerd goed.
Op dit moment zit ik voor mijn Kipje. De luifel is inmiddels droog opgepakt. Heel Frankrijk staat in de file, want het is zwarte zaterdag. Iedereen wil vooruit, maar kan niet vooruit. Wij proberen die boel te omzeilen en stappen een dagje later in de auto.
Want wij willen terug. Ooit schreef ik ‘vertrekken wij niet allemaal om terug te komen’. En ik denk dat dat waar is. Als je weg gaat wil je vooruit. Misschien moet je dan ook niet achterom kijken. Maar de vreugde van het vertrekken is wel dat je weet dat je weer thuis komt. Er is een plek voor jou. De plek die je eerst verliet.
Ik hoop dat het verhaal van onze Duitse buurman zo eindigt. Na een lange reis waarin hij in weer en wind langs kusten, over heuvels en door het vlakke land gefietst had, kwam hij thuis. Toen hij in de verte zijn huis zag liggen en wist dat daar een geliefde op hem wachtte, sprong zijn hart op van vreugde. 
Hij zette zijn fiets in de schuur. Hij was blij dat hij weer thuis was en keek terug op een heerlijke reis.